Selecteer een pagina

Hoe kies ik de juiste boom voor mijn tuin?

Het kiezen van de juiste fruitboom is vanwege het grote aanbod niet gemakkelijk. Daarom behandelen we hier een aantal onderwerpen die voor u van belang zijn bij het maken van de juiste keuze.

Wat zijn uw wensen:
Ten eerste: Wat zijn uw wensen? Wat is de reden dat u fruitbomen gaat planten, gaat het u om de nostalgische uitstraling die een boomgaard heeft of gaat het u om de vruchten? Wilt u een solitaire boom planten of een groep, in de volle grond of in een verhoogde bak? Om deze vragen te beantwoorden volgt een korte uitleg over fruitbomen:

Hoogstam/halfstam/laagstam
De meeste fruitbomen kunnen door zaaien niet worden vermeerderd, omdat de zaailing nooit dezelfde eigenschappen zal hebben als de originele boom. Vandaar dat men (al in de romeinse tijd!) begonnen is met vegetatieve vermeerdering:’enten’. In het kort betekent dit: Het vastmaken van een deel van de boom (de ent) op een onderstam (een zaailing). De boom die op deze manier uitgroeid zal dezelfde eigenschappen hebben als de originele boom. In het verleden waren dit dan ook altijd hoogstamfruitbomen.
In de afgelopen 100 jaar heeft men onderstammen ontwikkeld met een geringe groeikracht. Doordat de gehele boom kleiner bleef werden oogst en onderhoud een stuk gemakkelijker en was het mogelijk om te mechaniseren in de fruitteelt. Hier kleven voor de particuliere fruitteler echter wel nadelen aan: Een fruitboom met een zwakke onderstam stelt hogere eisen aan de bodem en zal optimaal verzorgd moeten worden. Deze bomen zullen op een beschutte plaats moeten staan met voldoende ondersteuning. Kortom zijn bomen met een zeer zwakke onderstam minder geschikt voor de hobbyist. Dit is ook de reden dat we deze bomen niet aanbieden als oude fruitboom.
Een ander belangrijk aspect in de fruitteelt is de bestuiving. Wederom is het van belang een keuze te maken: Gaat u voor optimale fruitproductie of is dat voor u minder belangrijk. Een klein aantal peren en appelrassen kan zonder bestuiving vrucht zetten. Dit heet parthenocarpie en komt onder andere voor bij de perenrassen: Saint Remy en Conference. Deze bomen zijn dan ook goed solitair te planten.De vruchten die op deze manier ontstaan zijn vaak wel anders van vorm, iets kleiner en pitloos. Verder is het een goed idee om te kijken wat voor fruitbomen er in een straal van 100 m rond uw woning staan. Bijen kunnen deze afstand namelijk gemakkelijk overbruggen en op deze manier voor kruisbestuiving zorgen.

Wilt u graag meer informatie of persoonlijk advies, neem dan gerust contact met ons op!

Plantadvies oude fruitbomen

  • Plant bomen nooit te diep. De bovenkant van de kluit moet gelijk liggen met het maaiveld
  • Zorg voor een voldoende groot plantgat: minimaal 40 cm losse grond rondom de kluit
  • Doorbreek eventuele storende lagen in het plantgat zodat teveel water weg kan lopen
  • Pas bij natte percelen drainage toe
  • Pas indien nodig grondverbetering toe. Vraag ons om advies
  • Druk de grond rondom de kluit lichtjes aan
  • Maak een gietrand rond de boom die iets breder is dan de kluit

Het eerste jaar na planten:

  • Vocht is van levensbelang voor uw fruitbomen. Geef de bomen 2 maal per week flink veel water
  • Naast vocht is voeding zeer belangrijk voor fruitbomen. Breng in de winterperiode (jan/feb)verteerde stalmest bovenop de kluit. De meststoffen zullen in het voorjaar de bodem inzakken. Koemestkorrels zijn een goed alternatief voor stalmest, strooi deze korrels zodra de bomen uitlopen
  • Het snoeien van uw fruitbomen dient elk jaar gedaan te worden, kijk op onze website voor aanwijzingen of maak een afspraak om de bomen door ons te laten snoeien
  • Uw oude fruitbomen zijn er op gekweekt om veel te produceren. Het is daarom van belang een teveel aan fruit te dunnen in juni/juli. Ca 75 tot 150 vruchten per boom is een mooi aantal. Vruchtdunnen zorgt er voor dat takken niet afknappen onder teveel gewicht. Bovendien wordt het fruit dat overblijft groter en beter van smaak

Door bovenstaande tips zorgvuldig op te volgen zult u nog vele jaren plezier beleven aan uw fruitbomen. Twijfelt u over de gezondheid van uw bomen of wilt u graag persoonlijk advies? Neem gerust contact met ons op!

Het snoeien van fruitbomen

Snoeien is bij fruitbomen absolute noodzaak en wel om de volgende redenen:

  • Door te snoeien valt er meer zonlicht in de kruin waardoor vruchten beter rijpen en zoeter worden
  • Een fruitboom met een open kroon droogt sneller op waardoor de vruchten minder snel aangetast worden door schimmels
  • Door het vruchthout te snoeien blijft een boom zichzelf verjongen met frisse, vitale scheuten
  • Goede vormsnoei in de beginjaren is van belang voor de stabiliteit van de boom. Deze zal beter bestand zijn tegen stormen en het gewicht aan fruit gemakkelijk kunnen dragen

Appelbomen snoeien

Vormsnoei is belangrijk in de eerste jaren na aanplant van een jonge appelboom. Door op de juiste manier te snoeien ontstaat een stevige gezonde boom met sterke gesteltakken (hoofdtakken).Let op de volgende aspecten:

  • In het verlengde van de stam groeien meerdere scheuten recht omhoog. Laat hier echter maar 1 van staan
  • Van de overige loten vormen we de gesteltakken: 3 loten die gelijkmatig over de stam verdeeld zitten. Deze takken mogen niet te steil groeien, buig ze daarom eventueel af tot ze een hoek van 60 graden vomen met de stam. Afbuigen kan met gewichten of touwen
  • Kort de gesteltakken met ongeveer een derde in. Zorg ervoor dat u ze snoeit boven een naar buiten gericht oog
  • Laat de overgebleven rechtopgaande tak iets langer (ca 15 cm) dan de gesteltakken

Door te snoeien zal een appelboom altijd reageren door het vormen van nieuwe scheuten. Deze scheuten zijn deels bruikbaar, maar zijn deels ook concurrenten van de gesteltakken die we in de beginjaren gevormd hebben. Bij het vervolg van de vormsnoei is het belangrijk om te letten op:

  • Snel groeiende scheuten die concurrenten worden van de hoofdtak of gesteltakken moeten worden verwijderd
  • Laat per gesteltak 3 scheuten (zijtakken) die schuin naar boven groeien en gelijkmatig verdeeld zijn staan. Te ver naar de hoofdtak groeiende scheuten zijn niet geschikt en moeten verwijderd worden
  • Kort werderom de gesteltakken met ca 1/3 in op een naar buiten gericht oog

Let de jaren hierna op het volgende:

  • Rechtopgaande scheuten zijn gericht op groeien, vlakgroeiende scheuten op het vormen van bloesem. Dus rechtopgaande scheuten verwijderen of vlak buigen
  • Gesteltakken mogen nooit naar beneden hangen
  • Vruchttakken moeten horizontaal of iets omhoog groeien

Perenbomen snoeien

De vormsnoei bij perenbomen is grotendeels gelijk aan die van appelbomen. Enkele belangrijke verschillen:

  • Perenbomen groeien van nature steiler dan appelbomen. Besteedt daarom vooral aandacht aan de openheid van de kruin
  • Perenbomen lenen zich goed om in piramidevorm gesnoeid te worden.
  • De perenboom ontwikkelt een sterke harttak. Kort deze in als het nodig is.

Pruimenbomen en kersenbomen hoeven minder vaak gesnoeid te worden. Waar u wel op moet letten is het volgende:

  • In tegenstelling tot appel- en perenbomen worden pruimen- en kersenbomen direct na de pluk gesnoeid.
  • Snoei pruimenbomen matig, maar wel regelmatig (1x per 2 jaar)
  • Kersenbomen krijgen van nature vrij gemakkelijk een open kruin en zijn weinig snoei nodig

Vaak komen we bij klanten zwaar verwaarloosde boomgaarden tegen. Het gaat hierbij meestal om hoogstammen die 10 tot 20 jaar niet gesnoeid zijn. Het is mogelijk deze bomen weer nieuw leven in te blazen door ze fors te snoeien. Belangrijk hierbij is dit te verdelen over meerdere jaren. Wilt u graag persoonlijk snoeiadvies neem dan even contact met ons op.

Vruchtdunnen bij fruitbomen

Halverwege juni tot begin juli is het tijd om te gaan vruchtdunnen. Vruchtdunning is nodig om het uitscheuren van takken te voorkomen door een te groot gewicht aan fruit. Daarnaast zorgt het dunnen voor gezonder fruit met een betere smaak en grootte. Oude fruitbomen die pas geplant zijn mogen maximaal 50 vruchten houden. De bomen die ouder zijn, 100 tot 150 afhankelijk van de grootte van de boom. Over het algemeen kunnen bomen op kleigrond meer vruchten dragen.

Beurtjaren

Fruitbomen geven soms het ene jaar veel vruchten en het andere jaar bijna niets. Dit wordt beurtjaren genoemd en komt door het slecht/niet snoeien van bomen. Ook heeft dunnen een grote invloed op beurtjaren. Door goed te dunnen en te snoeien zal een fruitboom elk jaar goed dragen.

Junirui

Van nature laat een fruitboom al een deel van zijn vruchten vallen. Na deze zogenaamde ‘junirui’ is het verstandig om de boom langs te lopen en waar nodig een handje te helpen.

Hoe dunnen?

Begin met het weghalen van misvormde en aangevreten vruchten en zorg voor een mooie verdeling over de boom. Fruitbomen hebben van nature vaak een te hoge productie. Dunnen is dus heel belangrijk! Kleine vruchten kunnen gewoon met de hand weggehaald worden. Laat het steeltje aan de boom zitten, deze valt er vanzelf af. Bij grotere vruchten kan een smal dunschaartje gebruikt worden.

Appelbloedluis, bloedluis in fruitbomen

Hoe ziet bloedluis er uit?

De wollige bloedluis dankt zijn naam aan de wollige draden die de luis bedekken. Ze komen in Nederland veel voor op diverse appelrassen. Zoals te zien op de foto kunnen er grote katoenachtige plukken aan takken en stammen hangen. De luizen zitten hier onder en zuigen het sap van de fruitbomen. Dit zorgt voor abnormale groei en de vorming van knobbels, ook wel bloedluiskanker genoemd.

Wat te doen bij een aantasting van bloedluis

Een lichte aantasting van bloedluis is voor de meeste bomen geen probleem. Bij grotere kolonies is het verstandig een bestrijding uit te voeren.

Preventieve bestrijding van bloedluis in fruitbomen

Voorkomen is beter dan genezen. Fruitbomen zijn zeer productief en nemen daardoor veel voedingsstoffen en vocht uit de bodem. Bemest de bomen elk jaar goed en geef bij droogte water. Gezond groeiende bomen hebben minder snel last van aantastingen. Zorg daarnaast voor een rijke biodiversiteit in de boomgaard. De natuurlijke vijanden van de bloedluis zijn sluipwespen, lieveheersbeestjes en oorwurmen. Deze natuurlijke vijanden kunnen een aantasting snel opruimen.

Curatieve bestrijding van bloedluis in fruitbomen

Mocht een fruitboom teveel zijn aangetast door bloedluizen dan is het verstandig een bespuiting uit te voeren. Doe dit als de luizen goed actief zijn (mei tot juli). Middelen op basis van pirimicarb werken goed en zijn verkrijgbaar bij diverse tuincentra. Spuit het middel goed op alle plaatsen waar wit pluis te zien is. Ook in spleten en tussen schors.

Perenroest

Wat is Perenroest?

Een veel voorkomend probleem in perenbomen is de vorming van roest. Een aantasting door de roestschimmel is te herkennen aan oranje verkleuringen op het blad. In de loop van het jaar worden deze verkleuringen donkerder en komen er aan de onderzijde van het blad verdikkingen. Deze verdikkingen vormen weer nieuwe schimmelsporen. De roestschimmel kan niet het hele jaar door op de perenboom overleven. In de winterperiode overleeft de schimmel op de Juniperus (Jeneverbes).

Is perenroest schadelijk?

Perenroest kan voor kleine fruitbomen schadelijk zijn. Bij grote aantastingen belemmert het namelijk de groei en vruchtzetting. Oude fruitbomen hebben minder last van de ziekte.

Hoe kan ik perenroest tegengaan?

De beste methode om perenroest tegen te gaan is het verwijderen van de bron van besmetting: de Jeneverbes. Als de schimmel geen plaats heeft om te overwinteren zal hij de perenboom niet opnieuw kunnen besmetten. Het probleem is dat alle jeneverbessen in een straal van ca 200 meter verwijdert moeten worden.
Een andere methode om perenroest tegen te gaan is chemische bestrijding. Door de bomen meerdere keren per jaar te bespuiten krijgen de schimmelsporen geen kans. Probleem hierbij is dat het een tijdelijke oplossing is. Elk jaar zal opnieuw moeten worden bespoten.

Advies:

Heeft u een jeneverbes in de buurt staan? Overweeg dan om deze te verwijderen. Daarnaast is het belangrijk om uw fruitbomen in goede conditie te houden. Dus voldoende water geven en bemesten. Een gezonde boom zal minder vatbaar zijn voor een besmetting met perenroest.

Stippelmotten

Een veel voorkomende plaag in alle fruitbomen: Stippelmotten.
Deze stippelmotten worden ook wel spinselmotten genoemd. Ze zijn zeer herkenbaar door hun gestippelde lijf. De rupsen van de stippelmot maken gemeenschappelijke webben en vreten veelal jonge blaadjes. Hoe groter de plaag hoe groter de schade. Soms vreten ze complete bomen kaal. Is de populatie rupsen op uw fruitbomen klein dan hoeft u niets te doen. De rupsen verpoppen tot vlinder en vreten niet langer blaadjes. Bij een ernstige aantasting (vooral bij bomen die net geplant zijn) is het verstandig om de rupsen te bestrijden. Dit kan zowel met biologische als chemische middelen die verkrijgbaar zijn bij tuincentra en boerenbond/welkoop.